Het land Nicaragua is al eeuwen bewoond door verschillende Indiase stammen maar er is weinig tot niets over bekend .Er zijn voetafdrukken gevonden in de vulkaanas nabij Managua maar niemand kan precies vertellen hoe oud ze zijn. Er schijnen voorouders te hebben gewoond van de Maya’s en de Miskito’s die tegenwoordig nog immer woonachtig zijn aan de Carribische kust.
Christopher Colombus ontdekte Nicaragua in 1502 maar veel aandacht heeft hij er niet aan besteed. Twintig jaar later waren de Spanjaarden terug en kwamen in contact met de belangrijke stam in het gebied, Nicarao genaamd.
Het land werd Nicaragua genoemd en deze werd een simpele eis neergelegd; bekeer tot het Christendom of anders….
De mensen van de stam gaven toe wat alleen maar leidde tot een uitstel van executie. Toen een andere stam hetzelfde werd gevraagd werd dit tot grote ergernis van de Spanjaarden geweigerd. De stamleden werden weggevaagd maar het leidde tot meer verzet. Er werden zo’n 700.000 leden van vier verschillende stammen uitgemoord en na 25 jaar waren er nog zo’n 35.000 in leven. In de drie eeuwen die volgde ontstond een bevolking hoofdzakelijk bestaande uit Europeanen, Indianen en Afrikanen. Het leidde wel tot een halt van de Spaanse opmars in het hooggebergte.
Granada wordt gesticht
In 1524 werden de eerste Spaanse steden gesticht, waaronder de twee belangrijkste: Granada en Leon voornamelijk gebouwd door de lokale bevolking en gefinancierd door gestolen goud uit de omtrek. De culturen van de oorspronkelijke bewoners verdwenen bijna geheel . Granada werd een centrum voor de Conservatieve partij terwijl z’n tegenhanger Leon juist een liberale aanhang verwierf en ideeën pretendeerde gelijk aan de Franse en Amerikaanse Revoluties.
Pas toen in de 18e eeuw de hoofdstad werd verplaatst naar Managua keert de rust in het land terug. Daarvoor was door zijn ongelijke welvaart en verschillende politieke geaardheid jarenlang gevochten – soms leidend tot burgeroorlog.
De Atlantische kust werd nooit helemaal door de Spanjaarden gekoloniseerd. De lokale Miskito Indianen vermengden zich met nakomelingen van ex-slaven, gestranden en piraten uit Engeland, Nederland en Frankrijk. Er werden zelfs aanvallen uitgevoerd met hulp van de Engelsen tot in Granada en er werd een eigen staat gevormd. Door deze aanvallen en de situatie in Europa werd Spanje steeds zwakker; iets wat zou leiden tot een vroege onafhankelijkheid van Nicaragua en andere Latijns-Amerikaanse staten.
Nicaragua werd onafhankelijk van Spanje in 1821 en ging deel uitmaken van de toenmalige verenigde staten van Centraal Amerika. In 1838 werd het een zelfstandige republiek. Maar daarmee laaide het conflict tussen de Conservatieven (Granada) en de Liberalen (Leon) alleen maar verder op.
Maar er waren ook buitenlandse kapers op de kust; zowel de Verenigde Staten als Engeland hadden hun vizier op het land gericht wat het meest geschikt leek voor een kanaal tussen de Caribische en Pacifistische kust.
De goudkoorts in Californië zou de drang alleen maar groter maken. De Liberalen hadden inmiddels de Amerikaanse avonturier “William Walker” ingehuurd die binnen korte tijd het hele land bezette. Het conservatieve Granada werd bezet en Walker werd zelfs president. Maar Walker had zijn plannen gewijzigd en wilde alle Latijns Amerikaanse landen als slavenlanden gebruiken voor de Verenigde Staten.
Hij werd verdreven, berecht en geëxecuteerd. In 1857 namen de Conservatieven het heft in handen en zouden dit voorlopig niet meer uit handen geven. De Engelsen tekenden een verdrag en het Caribische gebied van Honduras en Nicaragua werd autonoom verklaard.
>> Lees ook de GESCHIEDENIS van Mexico.
In 1893 verdreef de Liberaalse generaal Zelaya de Conservatieve president en werd dictator. Hij zette Amerika voor het blok door onderhandelingen aan te gaan met Japan en Duitsland m.b.t. het belangrijke kanaal waarop banden werden aangeknoopt met Panama. Zelaya maakte ook een eind aan de discussie met Engeland m.b.t. het Carribische gebied en lijfde het in bij Nicaragua.
De Conservatieven werden aangemoedigd voor verzet door de toenmalige Amerikaanse president “Roosevelt” en toen twee Amerikanen werden neergeschoten stuurde Amerika mariniers. De Verenigde Staten wenste geen concurrentie voor het net geopende Panama kanaal.
Er werden voor 20 jaar alleen pro-Amerikaanse presidenten gekozen. Tussen 1927 en 1933 leidde de liberale generaal Sandino een guerrilla oorlog tegen het conservatieve beleid en daarmee ook tegen de Amerikaanse aanwezigheid in het gebied.
De Amerikaanse mariniers verlieten het land voorgoed maar er werd een “Gardia Nactional” opgericht getraind en opgeleid door de Amerikanen en vanzelfsprekend pro Amerikaans. De Sandino’s werden uitgeschakeld en gaven zich over – op eentje na ,Sandino zelf. Deze werd voor een gesprek uitgenodigd voor een diner en daarna laf geëxecuteerd in 1934. De generaal van de nationale wacht werd twee jaar later zelf president en de familie Somoza (zijn zoon en kleinzoon) zou aan de macht blijven tot 1979.
De eerste Somoza zou in 1956 geëxecuteerd worden in Leon door opstandelingen die ook hulp kregen uit het net “bevrijdde” Cuba. In Costa Rica werd het Sandinistisch Nationaal Bevrijdingsfront (FSLN) opgericht. Doordat de bevolking een slavenleven leidde en wegtrok naar het regenwoud en de economie onder corruptie en wanbeleid verslechterde stak het Sandinistische verzet de kop weer op. Het verzet leed zware verliezen maar leerde langzamerhand en werd een geduchte tegenstander. De genadeslag voor de familie en z’n regime kwam met de grote aardbeving in 1972 toen het toenmalige centrum van de hoofdstad werd weggevaagd.
Veel internationale hulp kwam in de zakken van de familie terecht wat resulteerde in kritiek van de Verenigde Staten en rijke binnenlandse bedrijven. Familieleden van Somoza werden gegijzeld en het werd grimmiger wat leidde tot weer meer verzet en uiteindelijk tot burgeroorlog.
De meer gematigde partij FAO sloot zich aan bij het meer harde beleid van de FSLN en er werden wapens geleverd uit o.a Cuba en er kwam politieke steun uit sommige Europese landen.
In steden zoals Leon werd de Nationale Guard al snel verdreven. Somoza gaf opdracht de stad tot de grond toe te bombarderen en had steun verwacht van zijn eeuwige bondgenoot de Verenigde Staten.
Maar deze gaf niet thuis zo snel na het Vietnam debacle – ze hadden geen zin in een nieuwe guerilla jungle oorlog tegen Marxistische rebellen en toenmalig president Jimmy Carter trok zijn steun in en drong aan op zijn aftreden. In 1979 maakten de rebellen zich klaar om de hoofdstad in te nemen. Somoza was intussen gevlucht, de nationale guard opgedoekt en werd een jaar later in Paraguay doodgeschoten.
De Sandinisten troffen een land in chaos aan; werkeloosheid, armoede, duizenden doden en nog meer op de vlucht. De nationale coalitie viel al snel uitelkaar o.l.v. Ortega en Amerika stuurde hypocriet miljoenen dollars hulp aan de nieuwe nu Sandinistische regering. Het was wel bezorgd door het groeiend aantal Cubaanse en Russische adviseurs in het land en de wapenhandel naar het nabijgelegen El Salvador.
Reagan kwam aan de macht en de verhoudingen tussen de Verenigde Staten en Nicaragua verslechterde. De handel met het land werd gestopt en Amerika begon het steunen van de contra’s in Honduras en Costa Rica.
De eerste contra’s waren restanten van Somoza’s nationale wacht, later sloten ook Miskito indianen en dissidente Sandinisten zich aan. Scholing en gezondheid verbeterde maar economisch ging het niet veel beter en de inflatie nam toe.
Amerika voerde de druk op en voerde aanvallen uit op havens- en olie installaties. Ook werden mijnen gelegd in havens. Internationaal gezien werd dit veroordeeld en werd een schadevergoeding geeist (die nooit betaald is).
Amerika reageerde met een handelsembargo die vijf jaar zou duren (van 1985 tot 1990) die de economie nog meer verslechterde. Het Amerikaanse congres zou in 1987 bepalen dat de hulp aan de contra’s moest stoppen, maar dit werd stiekem doorgezet door inkomsten uit wapenverkoop aan Iran.
Deze truc lekte uit en was het zoveelste schandaal voor Amerika. De Sandinisten en contra’s kwamen tot een vergelijk (i.s.m. andere landen in de regio) en er werd een autonome status voor het Caribisch gebied ingesteld.
De Sandinisten zouden de verkiezingen van 1990 verliezen aan een coalitie van een groep oppositie partijen. De Amerikaanse embargo werd opgeheven en hulp vloeide binnen.
Na jaren van rechts (liberaal) beleid werden in 2007 mede dankzij verdeeldheid in liberale rangen, de verkiezingen wederom gewonnen door de Sandinisten. Ortega werd wederom als president gekozen. En ondanks dat hij afkondigde de Amerikaanse hulp te stoppen bleef hij de Amerikanen trouw maar sloot wel een olie deal met Hugo Chavez’s Venezuela.
Alhoewel Ortega volgens de grondwet niet weer gekozen kon en mocht worden gebeurde dit toch twee jaar later, al was sprake van een oneerlijke stembusgang. Duizenden betogers gingen de straat op en troffen evenveel Sandinisten. Amerika stopte een groot gedeelte van zijn hulp en Hugo Chavez sprong direct in en verzekerde het gevallen gat te dichten. Het parlement van Nicaragua heeft in 2013 Chinese bedrijven de opdracht gegund om een kanaal aan te leggen van de Atlantische naar de Stille Oceaan. De bouw neemt 10 jaar in beslag en kost ruim 30 miljard euro. Het kanaal wordt een concurrent van het Panamakanaal, dat zo'n 80 kilometer lang is. De oppositie van de regering van Daniel Ortega is al jaren tegen de bouw.
In 2014 heeft het parlement van Nicaragua heeft ingestemd met een grondwetswijziging die het presidenten mogelijk maakt een onbeperkt aantal ambtstermijnen vol te maken. Het parlement stemde ook in met het geven van meer bevoegdheden aan de president. De presidentsverkiezingen in 2016 worden gewonnen door Ortega die een derde termijn gaat doen met zijn vrouw Rosario Murillo als vice-president.
In de aanloop naar de presidentsverkiezingen van 2021 werden de meeste prominente oppositiekandidaten gearresteerd of gedwongen in ballingschap te gaan, zodat slechts vijf minder bekende kandidaten van meestal kleine partijen die geallieerd zijn met de Sandinisten van ORTEGA, het tegen hem opnamen. Hij wint dan ook de presidentsverkiezingen en gaat voor z’n 4e ambtstermijn.
"Under Fire" - (1983; 7,0)
Nicaragua 1979: fotograaf Russel Price maakt een verslag van de burgeroorlog tegen president Somoza. Het kost Russel veel moeite om neutraal te blijven.
Op een gegeven moment maakt Russel een foto van de leider van het verzet en daardoor maakt het leger jacht op hem. Samen met zijn vrienden Claire en Alex probeert Russel om uit handen van het leger te blijven.
EUROPA:
Albanië * België * Bosnië-Herzegovina * Bulgarije * Denemarken * Duitsland * Engeland * Estland * Finland * Frankrijk * Griekenland * Hongarije * (Noord) Ierland * Italië * Kosovo * Kroatië * Letland * Litouwen * Luxemburg * Macedonië * Malta * Montenegro * NEDERLAND * Oekraïne * Oostenrijk * Polen * Portugal * Roemenië * Rusland * Schotland * Servië * Slovenië * Slowakije * Spanje * Tsjechië * Turkije * Zweden
NOORD EN CENTRAAL-AMERIKA:
Chili * Costa Rica * Cuba * Guatemala * Mexico * Nicaragua * Panama * Verenigde Staten
ZUID-AMERIKA:
Argentinië * Bolivia * Brazilië * Colombia * Ecuador * Peru
AFRIKA:
Botswana * Burkina Faso * Egypte * Ethiopië * Ghana * Kenia * Mali * Marokko * Namibië * Oeganda * Senegal * Tanzania * Tunesië * Zuid-Afrika
MIDDEN-OOSTEN:
Iran * Israël * Jordanië * V.A.E.
AZIE:
Armenië * Cambodja * China * Filipijnen * Georgië * India * Indonesië * Japan * Kirgizië * Laos * Maleisië * Mongolië * Myanmar * Nepal * Oezbekistan * Singapore * Sri Lanka * Thailand * Vietnam
OCEANIE:
Voor meer reisfoto's kijk op www.instagram.com/cheapskatetravel.nl:
© Cheapskatetravel.nl; 2018 (all rights reserved)