* Bijgewerkt t/m 2014 - wijzigingen voorbehouden.
Myanmar heeft een tropisch moessonklimaat en in het noorden een woestijnklimaat. Myanmar kent drie seizoenen: een regenseizoen (juni-oktober), een koel seizoen (november-februari) en een heet seizoen (maart-mei). In de Delta en aan de kust valt de meeste neerslag.
In het warme regenseizoen zorgt de natte zuidwest-moesson, vanuit de Golf van Bengalen, voor zware regenval. Het regent in deze periode bijna elke dag, vooral in de namiddag en ’s avonds, maar de
hoeveelheden per streek kunnen nogal verschillen. De meeste regen valt in het noordelijke heuvelland met ca. 3500 mm. Uitschieters tot 5000 mm komen voor in de kuststroken van Tanintharyi en
Rakhine, en worden veroorzaakt door stijgingsregens. Tussen november en mei waait vanuit China een droge noordoostmoesson, die voor een droge periode zorgt. Het wordt dan elke maand heter en
pas in mei brengen de eerste regenbuien wat verkoeling. In de heuvels en bergen is het dan zelfs behoorlijk fris met temperaturen rond de 15°C. In het hete droge seizoen is het in Yangon
gemiddeld 31°C en op de centrale vlakte rond Bagan kan de temperatuur gemakkelijk oplopen tot 40°C. Ook nu kan men zich dan het beste in de heuvels en de bergen bevinden, waar de temperaturen
niet hoger dan 25°C uitkomen.
Myanmar is daarmee het grootste land op het vasteland van Zuidoost-Azië. Het land grenst in het westen aan Bangladesh en in het westen/noordwesten aan India. China ligt in het noorden/oosten vast aan Myanmar terwijl in het oosten aan Laos en in het oosten/zuiden aan Thailand liggen.
De kustlijn van Myanmar is 1930 km lang en loopt vanaf de grens met Bangladesh in het westen tot aan de stad Kawthoung in het uiterste zuiden van het land. De kust van Myanmar grenst van noord naar zuid aan de Golf van Bengalen, de Golf van Martaban en de Andamanse Zee.
Myanmar is ongeveer zestien keer zo groot als Nederland.
Er zijn drie hoofdgroepen te onderscheiden in de vrij heterogene bevolking van Myanmar: Mon-Khmer, Tibeto-Birmanen en Sino-Tai. Deze hoofdgroepen zijn weer onder te verdelen in acht rassen: Birmanen, Chin, Kachin, Kayah, Kayin, Mon, Rakhine en Shan. In totaal zijn er meer dan 130 subgroepen geteld. De deelstaat Shan is een etnische lappendeken, met meer dan 4 miljoen mensen verdeeld over dertig etnische groepen.
De boeddhistische Birmanen of Bamar komen oorspronkelijk uit het zuidwesten van China en wonen nu vooral in en rond Rangoon en op de centrale vlakte. Ze zijn de grootste etnische groep met bijna 70% van de bevolking en zijn dominant aanwezig in het leger, het staatsapparaat en proberen hun cultuur op te leggen aan de minderheden in Myanmar. Dit gebeurt vooral via het onderwijs en via de staatsmedia. Het Bamar is dominant in Myanmar en wordt door bijna alle ander bevolkingsgroepen begrepen
Andere bevolkingsgroepen in Myanmar zijn: Shan (9%), Karen (6%), Rakhine (5%), Chinese Birmezen (3%), Mon (2%) en de Kachin (1%).
Indiërs trokken in de 19e eeuw in groten getale naar Myanmar, dat toen tot Brits-Indië behoorde. Ze waren economisch zeer succesvol, maar dat veranderde snel toen de regering in de jaren zestig van de vorige eeuw besloot om de hele economie te nationaliseren. De Indiërs, over het algemeen islamiet, trokken weer massaal weg en maken nu nog maar 2% van de totale bevolking uit.
Gelijk met de Indiërs kwamen de Chinezen naar Myanmar en vestigden zich voornamelijk in Yangon als koopman of middenstander. Na anti-Chinese rellen in 1967 vertrokken veel Chinezen weer, maar sinds de handelsrelaties weer zijn verbeterd, leven er weer meer dan één miljoen Chinezen in Myanmar. Met name aan de grens met China en in het noordelijke Mandalay zijn de Chinezen vooral economisch zeer actief. Bijna de helft van de inwoners van Mandalay is al Chinees en een geheel uit Chinezen bestaande middenklasse dreigt.
Meer dan de helft van de bevolking woont rond Rangoon, op de centrale vlakte rond Mandalay en in de delta van de Ayeyarwady-rivier. De dunst bevolkte deelstaten zijn Chin in het noordwesten en Kachin in het noorden van het land. Iets meer dan 30% van de bevolking woont in de steden, maar dat verandert snel door de grote trek van het platteland naar de stad. Door de trek naar de stad is het inwoneraantal sinds 1980 bijna verdubbeld.
Myanmar heeft een gevarieerd landschap met bergen, kustvlakten, koraaleilanden en veel rivieren. De helft van het land bestaat uit bos. Het zuiden van het land wordt weleens vergeleken met Maleisië terwijl het noorden op een groot gedeelte van China lijkt.
Het noorden van Myanmar wordt landschappelijk gedomineerd door uitlopers van de oostelijke Himalaya. In dit gebied, aan de grens met Tiber, ligt ook de hoogste berg van Myanmar en Zuidoost-Azië, de 5883 m hoge Hkakabo Razi. In de hoger gelegen gebieden zijn er bossen van eiken- en dennenbomen.
Twee van noord naar zuid lopende bergketens omarmen Myanmar: de Chin-heuvels en Rakhine Yoma in het westen en het Shan-plateau (gemiddeld 1000 m hoog) en zijn zuidelijke uitloper Bilauktaing Yoma in het oosten. De westelijke bergketen vormt tevens de grens tussen Myanmar en het Indiase subcontinent; de oostelijke keten vormt de grens met Thailand en Laos. Tussen deze gebergtes ligt de laagvlakte die gevormd wordt door de rivier de Irrawaddy en andere rivieren. In het centrale gedeelte van Myanmar ligt ook een droog gedeelte met weinig regenval. Daarom bestaat de begroeiing vooral uit struiken, grassen en cactussen.
De ruim 2000 km lange rivier Ayeyarwady (ook Irrawaddy) is de belangrijkste rivier van het land. Deze is door haar goede bevaarbaarheid en het gebruik van het water voor de rijstbouw zeer belangrijk voor Myanmar. De rivier vertakt zich uiteindelijk en vormt dan een vruchtbare delta van ca. 50.000 km2, een van de grootste delta’s van geheel Azië. Andere belangrijke rivieren zijn de Chindwin (ca. 1000 km), de Sittoung (560 km) en de Thanlwin, de langste rivier van Myanmar. De Mekong-rivier vormt in het noordoosten de grens tussen Myanmar en Laos. Myanmar kent maar weinig meren; een aantal kleine en twee grote, Indawgyi in Kachin State en Inle in Shan State.
De grootste kustvlakten liggen in de deelstaat Rakhine en in het district Tanintharyi met veel mangrobossen. De Mergui- of Myeik Archipel ligt voor de uiterste zuidkust van Myanmar in de Andamanse Zee. De archipel bestaat uit meer dan 800 eilanden, variërend in grootte van zeer klein tot enkele honderden vierkante kilometers. De meeste eilanden zijn onbewoond, op sommige eilanden leven zeezigeuners, de Salon (ze noemen zichzelf Moken of Maw Ken).
Over de toestand van de fauna in Myanmar is op dit moment niet erg veel bekend door de ontoegankelijkheid van het land, ook voor wetenschappers. De fauna in het noorden van Myanmar lijkt veel op die van het noordoostelijke deel van het Indiase subcontinent en van Indo-China. In het zuiden lijkt de fauna op die van Maleisië en het Indonesische eilandenrijk. Net als de flora heeft ook de fauna zwaar te lijden onder het illegaal massaal kappen van bossen en de illegale jacht op dieren. Nationale parken en reservaten kent men eigenlijk niet ook al is er een natuurpark van de overgebleven tijgers in het noordwesten opgezet.
Ondanks de bedreiging van hun natuurlijke omgeving zijn er olifanten, luipaarden, zwarte beer, Himalaya-beer, de zeldzame Maleise zonnebeer, vliegende eekhoorns en honden, herten (sambar, muntjak, muishertje), krokodillen en gibbons in Myanmar te vinden. Zeldzaam zijn de in het geïsoleerde noordwesten voorkomende tapirs en de Javaanse en Sumatraanse neushoorns, sneeuwluipaarden en tijgers. Inheems zijn de mungo, een marterachtige en de pangolin, een miereneter. Myanmar heeft ook veel slangen, 52 giftige soorten waaronder de koningscobra, de krait en de groene adder, maar ook wurgslangen zoals de python. Myanmar kent een zeer rijke vogelwereld met meer dan 1200 soorten, zowel inheemse soorten als trekvogels.
In de zee rond Myanmar komen zeeschildpadden, dugongs (zeekoeien) en Irrawaddy-dolfijnen voor.
De drie grootste steden van Myanmar zijn (in chronologische volgorde):
* = hoofdstad
Los van welke naamgeving dan ook wordt het bestuur van Birma sinds het aantreden van de junta's algemeen beschouwd als een dictatuur. De machthebbers laten zich niets gelegen liggen aan politiek andersdenkenden en streven uitsluitend de eigen (persoonlijke) economische en financiële belangen na. Openlijk, soms massaal protest en verzet vanuit de bevolking wordt met harde maatregelen en fysiek geweld neergeslagen. Internationaal wordt een politiek van isolatie gevoerd: media en mensenrechtenorganisaties wordt de toegang tot het land geweigerd en afkeurende signalen en sancties van de zijde van de internationale gemeenschap worden genegeerd. Slechts van enkele buurlanden, zoals China, India en Thailand, wordt enige bemoeienis gedoogd vanwege wederzijdse economische belangen.
Er is in Myanmar geen sprake van een onafhankelijke rechterlijke macht. Rechters worden door de SPDC benoemd en dienen aanwijzingen van overheidszijde op te volgen. Door de afwezigheid van een behoorlijke rechtsgang en "Rule of Law" is machtsuitoefening door de Birmaanse overheid in essentie willekeurig.
Ondanks het machtsvertoon van de centrale overheid bestaat er wel degelijk verzet, vaak ondergronds maar ook meer expliciet. In de grensgebieden met Thailand woedt sinds vele jaren een burgeroorlog: de lokale minderheden (voornamelijk Mon en Karen) voeren er een guerrillaoorlog met het Birmese leger. Sinds 1980 vluchtten meer dan 400 000 mensen over de grens naar Thailand. Ze wonen er in grote kampen, maar worden door de Thaise overheid niet erkend als vluchteling. Voorts is er de oppositionele National League for Democracy die in 1990 de "vrije" verkiezingen won. Deze overwinning werd echter niet erkend door de militaire machthebbers. Na de verkiezingen werden veel leden van de National League for Democracy gevangengezet. Hun leidster Aung San Suu Kyi, boegbeeld van de vrijheidsstrijd, heeft twintig jaar lang huisarrest gehad. Op 13 november 2010 werd haar huisarrest opgeheven.
Ca. 87% van de bevolking hangt het hinayana-boeddhisme aan. Het hinayana- of theravada-boeddhisme wordt de ‘leer van de ouderen’ genoemd. De aanhangers van het hinayana-boeddhisme beschouwen zich als zuiverder en orthodoxer dan de volgelingen van het mahayana-boeddhisme, de andere stroming in het boeddhisme. Het hinayana-boeddhisme wordt, naast Myanmar, vooral aangehangen in Cambodja, Laos, Sri Lanka en Thailand. In het leven de Birmanen spelen geesten of ‘nats’ een zeer belangrijke rol. Nats komen voor in het animisme en stammen uit de tijd vóór het boeddhisme. Volgens animisten schuilen er in alle mensen, dieren en voorwerpen geesten. Verder heeft iedereen een persoonlijke beschermgeest (ko-saung nat). Elke huis en huisgeest en elk dorp haar eigen dorpsgeest. Er zijn 37 officiële nats, zowel goede als kwade. Hoewel geesten en bijgeloof niet thuishoren in het hinayana-boeddhisme vormen ze voor heel veel Birmanen een waardevolle aanvulling op het boeddhisme. Om nats gunstig te stemmen, brengt men ze offers.
Ook bijgeloof vormt een belangrijk aspect in het dagelijkse leven van de Birmanen. Hierin zijn helderzienden, waarzeggers en astrologen van groot belang. Er wonen ca. 2 miljoen christenen in Myanmar (4%), voornamelijk protestanten. De eerste contacten met het christendom kwamen op het einde van de 16e eeuw tot stand door Portugese seculiere missionarissen. In 1966 hebben veel missionarissen aanzegging gekregen om het land te verlaten. Thans maken de katholieken ongeveer 1 % van de bevolking uit.
De ca. 2 miljoen moslims wonen vooral in de westelijke deelstaat Rakhine en worden daar door het regime voortdurend dwarsgezeten. Zo wordt moslims de Birmese nationaliteit onthouden, mogen er maar drie huwelijken per dorp plaatsvinden en wordt er regelmatig land onteigend. De meer dan een half miljoen hindoes zijn met name afstammelingen van Indiërs die in de koloniale periode naar Myanmar trokken. Onder de bergvolken komt nog animisme voor en de Chinese minderheid hangt een combinatie van mahayana-boeddhisme, confucianisme en taoïsme aan.
In Myanmar is in principe sprake van godsdienstvrijheid, maar boeddhisten hebben het over het algemeen veel gemakkelijker, bijvoorbeeld bij het vinden van een baan bij de overheid. Religieuze minderheden, vooral islamieten en christenen, hebben het moeilijk onder het militaire regime.
De meest populaire sport (in ieder geval om naar te kijken) is voetbal. Vaak wordt er op TV Europese en Engelse voetbalwedstrijden uitgezonden. Een sport die veel beoefend wordt is “Chinlon”; het is de bedoeling de rotan bal hoog te houden als ware voetvolley. Soms wordt er een volleybalnet tussengehangen zodat je partijtje kunt spelen maar vaak spelen jongens het spel gewoonweg op een veldje of langs de straat.
Een andere veel beoefende en populaire sport is “Lethwei” oftwel Birmees kickboksen. Je kunt deze o.a. zien bij “pagoda” festivals maar ook in het stadion. Het heeft grote overeenkomstigheden met het Thai (kick)boksen waarbij zonder handschoenen wordt gevochten. Veel wedstrijden worden beslist (slaan wordt gezien als tweederangs) door knie en elleboogslagen. Een andere sport of kunst is het “thiang” wat gelijkheden vertoont met het Chinese Kung Fu.
Tijdens de Britse kolonisatie werd cricket gespeeld door de Engelse elite en speelde Birma hoog spel. Er bestaat nog steeds een cricket team maar de hoogtijdagen van weleer zijn over.
Birma heeft geen culinair hoogstaande keuken zoals China, Thailand en India. Het is meer een volkskeuken. Wel heeft de Birmese keuken dingen overgenomen van andere keukens, zoals de kruiden van India, de pittige smaak en de vis van Thailand en de Chinese manier van eten bereiden. De meest gebruikte smaakstof is een smaakmaker genoemd Ngapi, een gedroogde en gefermenteerde garnalenpasta. En ook al hoeft het gerecht niet zeer bijzonder te zijn, de aandacht voor eten is er wel degelijk; in de ogen van de Birmezen is eten een belangrijke sociale activiteit.
De basis van iedere maaltijd is rijst. Daarbij eet men groentecurry’s die milder van smaak zijn dan die in India. Aan de groenten worden als je dat wilt wat sliertjes rund, varken, vis, eend of kip toegevoegd, bovendien alle rijstgerechten kunnen vervangen worden door noodles (bami/vermicelli). Bij de rijst en curry krijg je soep. Geen maaltijd is compleet zonder lephet, een salade die dient als toetje, gemaakt van onder meer theebladeren, sesamzaad en kokosnoot.
’s Ochtends vroeg eten Birmezen “mohinga”, een dikke vissoep die op smaak gebracht is met citroengras, knoflook, ui, geelwortel, gember, pepers en vissaus. De soep wordt gegeten met dunne rijstnoedels en bestrooid met gefruite uitjes, korianderbladeren en gedroogde peper. Deze kunnen helder, verfrissend of romig zijn en worden vaak genuttigd bij een maaltijd om het gehemelte te spoelen. Behalve als ontbijt is mohinja ook populair als tussendoortje en verkrijgbaar in de eetstalletjes langs de kant van de weg. Het ontbijt in de hotels bestaat uit wittebrood met eieren (gekookt, gebakken, geroerd), jam en banaan. Heb je daar genoeg van, dan kun je naar een theehuis. Zodra je hebt plaatsgenomen op het krukje, wordt het tafeltje vol gezet met lekkers. Voor je neus staan verschillende soorten cakes en koekjes, verder samosa’s (loempia-achtige flapjes), poksi (gestoomde broodjes gevuld met groente en een enkel draadje vlees), gefrituurd beslag in de vorm van een stokbrood, maar met de smaak van oliebollen zonder krenten en sneetjes korstloos witbrood met een laagje vet. Op elk bordje liggen vier dingen van dezelfde soort, zodat bij het afrekenen precies kan worden geteld hoeveel je van alles hebt gegeten.
Een populaire maaltijd is “ohno kaukswe”, een
kippensoep met noedels op basis van kokosmelk, geserveerd met gewoon gekookte rijst of macaroni. Monti is een populair rondom Mandalay en lijkt op een soort spaghetti. Kyar Zan Chet is een
kippenbouillon met vermicell en stukjes kip, gedroogde champignons en koriander. Naast lokale gerechten, worden in het merendeel van de grote steden ook diverse internationale gerechten
geserveerdm zoals Chinese, Europese, Thaise of Indiase gerechten.
Fruit is er genoeg in Myanmar van doerians, mango’s, papaja’s, lychees, ramboetans, mangos en kokosnoten tot zelfs aardbeien.
Traditioneel Brimees voedsel is verkrijgbaar in een thamin zai, letterlijk rijstwinkel. Op tafels staan pannen met diverse soorten curries
uitgestald en je kunt aanwijzen wat je wilt. Toeristen krijgen vork en lepel geserveerd, maar de meeste Birmezen eten met hun rechterhand. Birmese restaurants sluiten al vroeg hun deuren, meestal
om 20.00 uur. Buiten de restaurants en de theehuizen gaat het eten gewoon door. En dan zijn er nog die talloze eetstalletjes langs de kant van de weg. Afhankelijk van de eigenaar kun je daar
Indiaas, Birmees of Chinees eten kopen. Indiaas eten bestaat uit biryani, een rijstschotel met kip of lamsvlees en verschillende soorten kebab. Voor vegetariërs is er thali: rijst, dhal
(linzensaus), groentecurry, chutney en yoghurt. Bij thali’s eet je chapati, een soort pannenkoekje. Daarnaast zijn er veel restaurants met Chinese en Thaise gerechten op de menukaart. Westerse
gerechten kun je bestellen in de luxe hotels, maar ze zijn duur en de kwaliteit is niet altijd wat je verwacht.
De Nationale drank van Myanmar is thee. Birmese thee of Chinese groene thee worden het meest gedronken en worden vaak bij maaltijden aangeboden. Verder heb je een sterke zwarte thee met gezoete gecondenseerde melk. Bij de meeste maaltijden wordt die gratis geserveerd. Daarnaast is er de sterke zwarte thee met zoete gecondenseerde melk. Die melk in hun thee hebben de Birmezen overgehouden uit het Britse koloniale tijdperk. Op elke tafel staat trouwens een thermoskan Chinese thee, die is van het huis.
Lokale frisdranken zijn meestal zoet, zoals bijvoorbeeld suikerriet sap. Pepsi, Sprite of Fanta wordt ook op veel plaatsen verkocht.
Lokale biermerken zijn “Myanmar”, “Dagon” Andaman en “Mandalay” wat erg waterig is. Ook “Tiger” is vaak aanwezig maar is duurder omdat het geimporteerd wordt. Lokale sterke dranken zijn Mandalay Rum, Dry Gin, Jungle- en Witte drank en whisky. Bekende merken van dat laatste goedje wordt overal aangemerkt; “Gran Royal” maar ook “Royal Club” en “Commissioner”. Buitenlandse merken zijn duur en vaak alleen verkrijgbaar in luxe hotelbars. De meeste mensen in Myanmar drinken echter geen alcohol vanwege hun Boeddhistische overtuigingen.
Het water uit de kraan is niet drinkbaar. Koop flessen gezuiverd drinkwater, dat kan bijna overal. Let er wel op dat de flessen hun oorspronkelijke sluiting hebben. IJsklontjes zijn ook taboe, die worden immers gemaakt van leidingwater.
EUROPA:
Albanië * België * Bosnië-Herzegovina * Bulgarije * Denemarken * Duitsland * Engeland * Estland * Finland * Frankrijk * Griekenland * Hongarije * (Noord) Ierland * Italië * Kosovo * Kroatië * Letland * Litouwen * Luxemburg * Macedonië * Malta * Montenegro * NEDERLAND * Oekraïne * Oostenrijk * Polen * Portugal * Roemenië * Rusland * Schotland * Servië * Slovenië * Slowakije * Spanje * Tsjechië * Turkije * Zweden
NOORD EN CENTRAAL-AMERIKA:
Chili * Costa Rica * Cuba * Guatemala * Mexico * Nicaragua * Panama * Verenigde Staten
ZUID-AMERIKA:
Argentinië * Bolivia * Brazilië * Colombia * Ecuador * Peru
AFRIKA:
Botswana * Burkina Faso * Egypte * Ethiopië * Ghana * Kenia * Mali * Marokko * Namibië * Oeganda * Senegal * Tanzania * Tunesië * Zuid-Afrika
MIDDEN-OOSTEN:
Iran * Israël * Jordanië * V.A.E.
AZIE:
Armenië * Cambodja * China * Filipijnen * Georgië * India * Indonesië * Japan * Kirgizië * Laos * Maleisië * Mongolië * Myanmar * Nepal * Oezbekistan * Singapore * Sri Lanka * Thailand * Vietnam
OCEANIE:
Voor meer reisfoto's kijk op www.instagram.com/cheapskatetravel.nl:
© Cheapskatetravel.nl; 2018 (all rights reserved)