Bezienswaardigheden - Denemarken

HOME / Denemarken

Kopenhagen is de hoofdstad van Denemarken en de grootste stad van Scandinavië. Ongeveer een vijfde van de totale bevolking van Denemarken woont in de stad. De stad ligt aan de Sont met aan de overzijde van deze zeestraat het Zweedse Malmö, dat sinds 2000 met Kopenhagen is verbonden door de Sontbrug.

Naast parlementszetel en residentie is Kopenhagen ook het culturele en economische centrum van Denemarken.

De stad werd gesticht in de middeleeuwen en werd aan het eind van deze periode de hoofdstad van Denemarken. De naam Kopenhagen gaat terug op Købmandshavn, dat Koopmanshaven betekent maar da’s de stad allang niet meer; het is wel de meest levendige van Scandinavië met een keur aan musea, winkels, restaurants, hotels en uitgaansgelegenheden. 

De meest populaire bezienswaardigheden zijn het stadspark Tivoli, de zeemeermin wat het symbool van de stad is, vrijstad Christiana en het schilderachtige Nyhavn. 

Binnenstad:

Aan de oostzijde van de Kongens Nytorv (het nieuwe plein) ligt een van Kopenhagens grootste toeristische bezienswaardigheden, het prachtige Nyhavn. De prachtige fel gekleurde huizenrij met het haventje waar ook de kanaalboten vanuit vertrekken is gegraven om de boten in het verleden tot in het hart van de stad te laten komen.

In een van de gekleurde huizen heeft Hans Christian Andersen nog gewoond. Nu is het een plek om te flaneren met terrasjes en prijzige restaurants. Indien je vanaf het Kongens Nytorv noordelijk wandelt kom je uit bij het Amalienborg paleis waar sinds 1794 het Koninklijke paar verblijft.

Het bestaat uit vijf identieke gebouwen rond een centraal plein. Rond het middaguur is er een fantasierijk wisseling van de wacht. Het is hiervandaan nog ruim een kilometer naar een andere populaire toeristische attractie van de stad en tevens symbool; de zeemeermin van Kopenhagen. 

Het is een klein bronzen standbeeld met een industrieel uitzicht helaas. Het beeld is geïnspireerd op het sprookje van Andersen. Iets verder ligt nog het Kastellet. 

Het Raadhuisplein

Terug naar de stad van waar Kongens Nytorv je richting het eigenlijke centrum wandelt. Als je nu naar het raadhuisplein wandelt loop je door Strøget wat de belangrijkste winkelstraat van Kopenhagen is. Hier zijn nationale beroemde nijverheidsproducten verkrijgbaar en daarnaast liggen er befaamde internationale winkels.

De winkelstraat bestaat eigenlijk uit verschillende straten en pleinen met hun eigen naam. De meeste monumentale panden in Kopenhagen dateren uit de 17e eeuw, toen onder Christiaan IV de stad werd verfraaid. Het raadhuis op het Radhus plein stamt uit de late jaren 19e eeuw en is een fraaie mix van talloze architectuurstijlen. Een van de hoogtepunten is de wereldklok van Jens Olsens.

Het plein wordt geflankeerd door cafés bars, restaurants en de bioscoop. Aan de westzijde ligt het amusementspark Tivoli. Daarachter liggen de wijken Vesterbro en Norrebro; beiden hebben een metamorfose ondergaan, waarbij Nørrebro een van de hipste uitgaanswijken is geworden.

Een merkwaardig stukje van Kopenhagen is de hippiewijk Vrijstad Christiania, in 1971 opgericht op het terrein van een verlaten kazerne ten oosten van de binnenstad. In 2011 besliste het Hooggerechtshof overigens dat het gekraakte terrein eigendom is van de Deense staat en niet van de bewoners. 

Andere bezienswaardigheden: 

• Je kunt ook naar het nationale- of Kopenhaags museum, de begraafplaats Assistens, het Christansborg paleis, de Carlsberg brouwerij en Rundetarn (ronde toren) wat gebouwd is als een astronomische observatietoren in 1642 in opdracht van koning Christiaan IV.

De stad is omstreeks het jaar 1000 gesticht door Sven Gaffelbaard of Knoet de Grote. Als oprichtingsdatum wordt echter meestal het jaar 1167 gehanteerd. In dat jaar vestigde bisschop Absalon in de stad een burcht op de plaats waar later Christiansborg verrees. Gedurende vele jaren was de stad gesitueerd in het midden van het rijk van de Deense koningen.

Het koninkrijk bevatte toen, naast de huidige Deense provincies ook Skåne, Halland en Blekinge die tegenwoordig aan Zweden toebehoren. In Kopenhagen werd er gehandeld met haringen en er werd gevaren tussen de stad en Skåne. 

Tijdens de jaren 1100 werd Havn (Haven), zoals Kopenhagen toen werd genoemd, belangrijker en dankzij de pas opgerichte domkerken te Roskilde en Lund (in het zuiden van het huidige Zweden) kreeg de stad een zeer centrale plaats. Kopenhagen was midden tussen deze verkeers- en handelsknooppunten gelegen. 

Kopenhagen wordt belangrijk

In 1167 werd de stad aan bisschop Absalon overgedragen. Hij bouwde daar zijn Borg ved Havn (Burcht bij de Haven). Sindsdien heeft Kopenhagen een belangrijke rol in de geschiedenis van Denemarken gespeeld.

In de eerste helft van de 15e eeuw werd Kopenhagen de hoofdstad van Denemarken. Belangrijk voor de werkgelegenheid van de stad was het bouwen van de toen moderne, grote oorlogsschepen (galjoenen). In de eerste helft van de 17e eeuw bloeide de stad op onder Christiaan IV. Van 1658 tot 1659 doorstond de stad een beleg door de Zweden onder koning Karel X Gustaaf. 

In 1801 streed de Deense vloot tegen de Engelse vloot onder admiraal Nelson buiten de haven van Kopenhagen (Slaget på Reden). De Britse vloot kwam terug in 1807 en beschoot de stad van 16 augustus tot en met 5 september om te voorkomen dat de Denen hun vloot aan Napoleon ter beschikking zouden stellen. Op 6 september capituleerde Denemarken, en werd gedwongen om zijn vloot uit te leveren aan de Britten. 

Denemarken wordt bezet 

Tijdens WW2 bleef Kopenhagen met de rest van Denemarken door Duitse troepen bezet tot de bevrijding op 5 mei 1945. Vele gebouwen werden tijdens de bezetting vernield, waaronder het Shell-gebouw in de binnenstad, dat door de Gestapo als hoofdkwartier werd gebruikt.

Het werd door Britse vliegtuigen gebombardeerd op 21 maart 1945. Ongelukkigerwijze werd bij deze aanval door een fout ook de Franse school in Frederiksberg geraakt, waarbij een groot aantal kinderen om het leven kwam. Veel fabrieksgebouwen in Kopenhagen werden door de Deense verzetsbeweging opgeblazen. Tegenwoordig is Kopenhagen allang geen havenstad meer en ook de industrie is grotendeels vertrokken. 

Anno nu is Kopenhagen voornamelijk een dienstenstad.

De luchthaven van Kopenhagen is het grootste vliegveld in Scandinavië, ligt in Kastrup en is op zo’n 10 km ten zuidoosten van het centrum gesitueerd. In het centrum ligt het treinstation aan de westzijde net als het (internationale) busstation.

Kopenhagen leent zich om te voet of per fiets te verkennen. De stad heeft veel brede fietspaden. Ook kan men zich per riksja of per watertaxi laten vervoeren. De S-tog en de in 2002 geopende automatische metro, vormen het hart van het OV-netwerk van Kopenhagen.

De stad is sinds de zomer van 2000 met Malmö in Zweden verbonden door de 18 kilometer lange Sontbrug (Øresundsbroen), een gecombineerde brug en tunnel.