* Bijgewerkt t/m 2017 - wijzigingen voorbehouden.
Bosnië-Herzegovina heeft een continentaal klimaat met warme zomers en koude sneeuwrijke winters. En dat lijkt meer op het klimaat van continentaal Europa dan op het mediterrane klimaat van nabijgelegen landen als Italië of Griekenland. In het voorjaar kunnen er gemakkelijk koude of warme uitschieters voorkomen. Bovendien kan het weer per regio ook behoorlijk verschillen. In het noorden is ‘t over het algemeen koeler dan in het zuiden. Zo liggen de temperaturen overdag in januari in het noordelijke Banja Luka rond de 0°C en in Mostar, vlak bij de Adriatische kust, rond de 6°C. ’s Zomers wordt het in Banja Luka maximaal 22°C en in Mostar 38°C.
In de bergen zijn de zomers koeler en de winters langer en strenger. De korte kuststrook kent een milder, mediterraan klimaat. In het noorden valt de meeste regen in de zomer, in het zuiden gedurende de herfst en de winter. Omdat er meest westelijke winden waaien, valt de meeste regen aan de westelijke kant van de Dinarische Alpen. Hier valt gemiddeld ca. 1500 mm, aan de lijzijde valt in sommige gebieden maar ca. 500 mm.
Het land bestaat uit de landstreken Bosnië en Herzegovina en is ontstaan bij het uiteenvallen van het voormalige Joegoslavië (sinds 5 april 1992). Het land bevindt zich op het Balkanschiereiland en grenst in het noorden en westen aan Kroatië en in het oosten aan Servië en Montenegro. In het zuidwesten grenst Bosnië-Herzegovina nog net aan de Adriatische Zee.
Bosnië-Herzegovina is ietsje groter dan Nederland.
Vóór de burgeroorlog van 1992-1995 bestond 44% van de bevolking uit Bosnische moslims (nu Bosnjakken), 31% uit Serviërs, 17% uit Kroaten, 6% uit 'Joegoslaven' en voor de resterende 2% uit Montenegrijnen, Roma, Albanezen en Oekraïners. Tegenwoordig is de verdeling ruwweg: 48% Bosnjakken (de religie-neutrale benaming van de groep die eerder onder de noemer moslims viel), 37% Serviërs, 14% Kroaten en 1% overige (Duitsers, Albanezen en Oekraïners) .
Vóór de oorlog woonden de verschillende bevolkingsgroepen verspreid over het hele land en bestonden vooral in de grotere steden veel gemengde wijken. Tegenwoordig kent het land een sterke segregatie: de Bosnjakken wonen vooral in het noordwesten en in het centrum, de Kroaten in het westen, het uiterste noordoosten en in het centrum, de Serviërs in het noorden en het oosten.
De Roma (vroeger zigeuners genoemd) wonen als sinds de 14e eeuw in Bosnië-Herzegovina. Zij vormen met enkele tienduizenden personen de grootste minderheid in het land. In 1941 werd het grootste deel van de joodse gemeenschap gedeporteerd en vermoord. Op dit moment leven er in Bosnië nog tussen 500-1000 joden.
Het grootste deel van het land is heuvelachtig en op veel plekken bergachtig. Het grensgebied met Kroatië wordt gevormd door de uit poreuze kalksteen bestaande Dinarische Alpen, die deel uitmaken van het Joegoslavische karstgebied. Dit karstlandschap bestaat uit grillige rotsformaties, die gekenmerkt worden door vele grotten en rivieren. De rivieren zijn een voortzetting van ondergrondse waterlopen.
Het noordelijk deel, tussen de hogere delen en de rivier de Sava is grotendeels met bos bedekt. Het oostelijke landschap wordt bepaald door hoogvlaktes – de Pannonische vlakte - met ondoorlatende bodems en vele meren, tussen steile bergwanden. De vaak zeer vruchtbare ‘poljes’ kunnen soms honderden vierkante kilometers groot zijn.
De belangrijkste rivieren zijn de Sava (945 km), een zijrivier van de Donau, en de Drina (346 km). De Sava vormt in het noorden de grens met Kroatië en de Drina langs de oostgrens met Servië. De noord-zuid stromende Vrbaš (240 km) en Bosna (245 km) zijn zijrivieren van de Sava. Bijna alle belangrijke rivieren van Bosnië-Herzegovina lopen vanuit de bergen af naar de laagvlakte in het noorden, alwaar ze eindigen in de Sava. Alleen de Neretva (218 km) eindigt richting zuiden in de Adriatische Zee. Europa’s langste ondergrondse rivier, de Trebisnjica, stroomt ondergronds door Bosnië en komt bij Dubrovnik in Kroatië boven de grond.
In het zuidoosten van Herzegovina bevindt zich het Sutjeska Nationaal Park, het oudste nationale park van Bosnië-Herzegovina. Hier ligt ook de hoogste berg van Bosnië-Herzegovina, de Maglic (2387 m). Ook rond Mostar in het zuiden en rond de hoofdstad Sarajevo bevinden zich toppen van ruim 2000 meter. In het zuidwesten aan de grens met Kroatië liggen de Dinarische Alpen met toppen van gemiddeld 1500 meter.
Er is een rijk en gevarieerd dierenleven in Bosnië-Herzegovina. Er zijn wolven, wilde zwijnen, lynxen, wilde katten, otters, vossen, gouden jakhalzen, dassen, valken en hier en daar een zeldzame beer. Verder worden er veel schapen gehouden en is het Lippizaner paard in de 19e eeuw geïmporteerd uit Oostenrijk.
Gevaarlijk zijn de giftige hoornadder en de Europese adder. Veel voorkomende vogels zijn arenden, haviken, fazanten, wilde eenden en ooievaars.
De grootste steden van Bosnië-Herzegovina zijn:
* = hoofdstad
Bosnië-Herzegovina is sinds 1992 een onafhankelijk land. Volgens het vredesakkoord van Dayton (1995) is het een federatieve
republiek, bestaande uit twee autonome deelstaten of 'entiteiten': de Moslim-Kroatische Federatie (51% van de oppervlakte) en de Bosnisch-Servische Republiek (Republika Srpska, 49%). Beide
deelstaten hebben een eigen president, regering en parlement.
De Europese Unie en de Verenigde Naties houden toezicht op de naleving van het vredesakkoord en hebben de bevoegdheid bestuurders te ontslaan. De vele duizenden NAVO-manschappen van SFOR moeten
nieuwe vijandigheden voorkomen. Hoge Vertegenwoordiger Ashdown paste op 2 april 2003 de grondwetten van de Servische Republiek en de Moslim-Kroatische federatie aan door de controle op de legers
van beide entiteiten te verplaatsen naar het staatspresidium.
De drie leden van het staatspresidium, een Moslim en een Kroaat uit de Federatie en een Serviër uit de Republika Srpska, worden rechtstreeks gekozen door de leden van de drie grootste etnische groepen. Het presidentschap rouleert elke acht maanden onder de leden van het presidium. De centrale regering van Bosnië-Herzegovina bestaat twee kamers met wetgevende macht (de Volkskamer met 15 leden en het Huis van Afgevaardigden met 42 leden), een driekoppig Presidium, een Ministerraad, een Constitutioneel Hof en een Centrale Bank. Al deze organen zijn gebaseerd op het principe van etnische gelijke vertegenwoordiging. De centrale regering is verantwoordelijk voor buitenlands beleid, buitenlandse handel, invoerrechten, immigratiebeleid, monetaire politiek, internationaal recht, luchtvaart, communicatie, de financiering van de regering en het aangaan van overeenkomsten met andere staten of internationale organisaties. Beide entiteiten hebben eigen legers, die echter onder gezag van het Presidium van Bosnië-Herzegovina staan. De Moslim-Kroatische Federatie heeft een wisselend presidentschap. De wetgevende macht in de Federatie bestaat uit twee kamers: het Huis van Afgevaardigden van de Federatie (140 zetels) en de Volkskamer (30 Moslims, 30 Kroaten en 20 anderen). De Republika Srpska heeft een president en een vice-president, die direct wordt gekozen voor een termijn van vier jaar. De Nationale Assemblee van de Republika Srpska wordt gekozen op basis van evenredige vertegenwoordiging en telt 83 leden.
Over het algemeen geldt dat de Bosnjakken de islam (40% van de bevolking) als godsdienst hebben, wat zijn oorsprong heeft in de eeuwenlange overheersing door Ottomanen, de Kroaten rooms-katholiek (15%) zijn en de Serviërs Servisch-Orthodox (31%). Kenmerkend voor Bosnië-Herzegovina is het feit dat het geloof de etnische identiteit benadrukt. Vier procent van de bevolking is protestant en de overige tien procent is joods, niet religieus of een andere religie.
De religieuze praktijk staat bij alle godsdiensten op een vrij laag pitje, veroorzaakt door het communistische regime, toen religie werd ontmoedigd. Sinds de jaren negentig van de vorige eeuw kent de religieuze praktijk weer een opleving, met name onder de jonge Kroaten in Herzegovina. In de oorlog werden honderden moskeeën en andere heilige plaatsen verwoest. Ook ca. 200 katholieke en 30 orthodoxe kerken werden in die periode verwoest. Nog steeds is het zo dat in gebieden waar men een etnische of religieuze minderheid vormt, het belijden van de eigen godsdienst niet altijd gewaardeerd wordt, soms uitlopend op geweld.
Medjugorje is een bergdorp in het zuidwesten van Bosnië-Herzegovina. Het werd wereldberoemd door een reeks verschijningen van Maria die er sinds 1981 zouden hebben plaatsgevonden. Sindsdien is
het een bekend bedevaartsoord geworden. De Katholieke Kerk heeft dit bedevaartsoord tot nu toe (nog) niet erkend.
Voetbal is ook in Bosnië-Herzegovina de meest populaire sport. Geïntroduceerd in 1903 werd het pas na WWII pas echt populair. Voor de opdeling van Joegoslavië werd “Sarajevo” in 1967 en 1984 en “Zeljeznicar” in 1972 landskampioen. Ook werden in die jaren geregeld spelers opgeroepen voor het nationale elftal. Het Bosnische nationale elftal heeft veel last van spelers die alsnog kiezen voor de omringende landen gezien hun etnische achtergrond zodat het z’n beste spelers kwijtraakt aan meestal Kroatië of Servië. Tot het WK 2014 in Brazilië wist het onafhankelijke land “BH” zich niet te kwalificeren voor een EK of WK voetbal. Het verloor z’n eerste twee wedstrijden respectievelijk tegen Argentinië en Nigeria. Tegen Iran won het land z’n eerste wedstrijd met 1-0 maar kon alsnog naar huis.
Andere populaire sporten zijn atletiek, basketbal, boksen, schaken, handbal en karate.
De Bosnische keuken zou omschreven kunnen worden als een mix tussen Oost en West, omdat de Bosnische keuken beïnvloed is door de Mediterrane, Turkse en Centraal-Europese keuken (o.a. door z’n vele overheersers in het verleden). Desalniettemin bevat de Bosnische keuken ook heerlijke recepten die buiten Bosnië-Herzegovina onbekend zijn.
Populaire gerechten in Bosnië en Herzegovina zijn onder andere:
De Bosnische keuken kent daarnaast erg veel gevulde groenten: punjene paprike (gevulde paprika, sarme (zurekoolbladen) en tikvice (courgette). De vulling voor sarme is een mix van rundergehakt, rijst, ui, paprikapoeder, peper en zout. Het roken van vlees valt onder een delicatesse, het zogenaamde suho meso of pečenica (droog/rookvlees).
De Bosniërs zijn tevens dol op zoet, zoals over de gehele Balkan is ook in Bosnie de welbekende baklava (filodeeg bedekt met mix van walnoten, suiker, boter) te vinden. Alleen in tegenstelling tot Griekenland en Turkije wordt de baklava in Bosnië met walnoten bereid. Veelal wordt dit geserveerd in een 'SlastiČarna', een soort ijssalon, waar men ook koffie en thee kan krijgen.
Naast het drinken van thee zul je een keertje “rakija” moeten drinken. (Zeer) sterkte drank, die in Turkije bekend staat onder de naam "Rakı";. Dit goedje wordt in verschillende variaties gemaakt van gegist fruit en heeft een alcoholpercentage vanaf 40%.
EUROPA:
Albanië * België * Bosnië-Herzegovina * Bulgarije * Denemarken * Duitsland * Engeland * Estland * Finland * Frankrijk * Griekenland * Hongarije * (Noord) Ierland * Italië * Kosovo * Kroatië * Letland * Litouwen * Luxemburg * Macedonië * Malta * Montenegro * NEDERLAND * Oekraïne * Oostenrijk * Polen * Portugal * Roemenië * Rusland * Schotland * Servië * Slovenië * Slowakije * Spanje * Tsjechië * Turkije * Zweden
NOORD EN CENTRAAL-AMERIKA:
Chili * Costa Rica * Cuba * Guatemala * Mexico * Nicaragua * Panama * Verenigde Staten
ZUID-AMERIKA:
Argentinië * Bolivia * Brazilië * Colombia * Ecuador * Peru
AFRIKA:
Botswana * Burkina Faso * Egypte * Ethiopië * Ghana * Kenia * Mali * Marokko * Namibië * Oeganda * Senegal * Tanzania * Tunesië * Zuid-Afrika
MIDDEN-OOSTEN:
Iran * Israël * Jordanië * V.A.E.
AZIE:
Armenië * Cambodja * China * Filipijnen * Georgië * India * Indonesië * Japan * Kirgizië * Laos * Maleisië * Mongolië * Myanmar * Nepal * Oezbekistan * Singapore * Sri Lanka * Thailand * Vietnam
OCEANIE:
Voor meer reisfoto's kijk op www.instagram.com/cheapskatetravel.nl:
© Cheapskatetravel.nl; 2018 (all rights reserved)